De troebelheid of turbiditeit van een vloeistof, is de mate van helderheid van die vloeistof.
>
Troebelheid wordt meestal beïnvloed door onopgeloste zwevende deeltjes die te klein zijn om waar te worden genomen zonder vergroting, maar wel variëren in deeltjesdiameter. Dit zelfde geldt ook voor rook in de lucht, dat ook zwevende deeltjes zijn maar dan in een gas.
Wanneer de grootte of eigenlijk dichtheid van de deeltjes, groter is dan die van water zullen ze uiteindelijk naar de bodem zinken, wanneer de vloeistof een bepaalde tijd ergens stil staat. Als de dichtheid van de deeltjes nagenoeg gelijk is aan de dichtheid van de vloeistof zelf, of de deeltjes zijn coloïdaal dan blijven de deeltjes ergens in de vloeistof zweven.
De eenheid waarin de troebelheid wordt uitgedrukt is de Nephelometric Turbidity Unit (NTU) of Jackson Turbidity Unit (JTU).